Kersenbomen snoeien doe je zo

Hoe snoei je een kersenboom? 

Het soort snoei hangt nauw samen met de levensfase van je fruitboom. Binnen de eerste twee jaar na het planten van een kersenboom is het belangrijk om je boom in te korten. Het maken van een boomkroon is belangrijk in het tweede en derde jaar. Bij een volwassen kersenboom pas je een onderhoudssnoei toe want voldoende lucht en licht is nu belangrijk voor de productie van de fruit.

Voordat je begint met snoeien, is het belangrijk om je snoeischaar te steriliseren en te slijpen om ziektes te voorkomen.

Een kersenboom inkorten

Het inkorten van de boom wordt ook wel toppen of koppen genoemd. Het kan in de herfst of winter gebeuren (niet vriezen of hard regenen).

1. Begin met het inkorten van een kersenboom als het hoger is dan 75 centimeter. Als de boom niet genoeg volgroeid is, kan het namelijk verzwakt raken.
2. Als je boom hoog genoeg is, kan je met je geslepen en gesteriliseerde snoeischaar de boom in een hoek van 45 graden snoeien tot een lengte van 60-90 centimeter. Door de boom in te korten is hij minder vatbaar voor ziekten en rot. Doe dit binnen de eerste twee jaar na het planten van de boom, zodat je controle hebt over de vorm die de boom krijgt terwijl hij groeit. 

Een boomkroon maken

Een boomkroon is een reeks van vier zijtakken die uit de stam steken. Deze takken zorgen voor structuur en houden de vorm van de boom in balans. Een boomkroon stimuleert bovendien een gezonde groei. Wacht zeker een jaar met het maken van een boomkroon. Na het derde jaar is het niet langer meer nodig om een nieuwe boomkroon te maken.

1. Is er een jaar voorbijgegaan? Dan kan je beginnen met het maken van een boomkroon. Kies de vier of vijf gezondste takken (ongeveer twintig centimeter ruimte ertussen) uit die uit de stam groeien.  De beste takken groeien in een hoek van 45 tot 60 graden ten opzichte van de stam. De laagste tak zou op ongeveer 50 centimeter boven de grond uit de stam moeten groeien.
2. Snoei de vier of vijf takken zodat ze 60 centimeter lang zijn. Knip de takken die je net gekozen hebt schuin af op een afstand van een halve centimeter boven de knoppen. Er zullen nieuwe takken groeien op de plekken die je snoeit. 
3. Zoek bij de vier of vijf takken die je net gesnoeid hebt naar twee sterke zijtakken die zich op een goede afstand van elkaar bevinden. Knip de resterende zijtakken parallel aan het onderste deel van de tak af, zodat bij alle takken die de boomkroon vormen de twee sterkste zijtakken overblijven. Dit helpt de boom om zijn energie te richten op de takken die overblijven, zodat ze meer fruit produceren.
4. Knip de takken netjes af parallel aan de stam, zodat alleen de takken die de boomkroon vormen overblijven. Knip de resterende takken van de boom.
5. Na het tweede groeiseizoen zal de boom groter zijn en meer takken hebben. Je kan nu een tweede boomkroon maken, ongeveer zestig centimeter boven de eerste kroon. Bekijk de boom en bepaal welke takken je wilt houden.

Na het derde jaar is het niet langer nodig om een nieuwe boomkroon te maken

Tip. Kies takken die zich niet direct boven de hoofdtakken van de eerste boomkroon bevinden. Zorg voor een spiraalvorm zodat alle boomtakken aan de zon blootgesteld worden.

Een volwassen boom snoeien: onderhoudssnoei

Bij volwassen bomen is het niet meer nodig om een nieuwe boomkroon te maken. de kersenboom heeft nu een stevig geraamte en is klaar om lekkere vruchten te dragen. In deze fase komt het er dus op neer de fruitproductie te verzorgen. Zorg voor voldoende licht en lucht in de boom.  Zijn de takken nu te dik voor een snoeischaar? Gebruik dan een takkenschaar of takkenzaag. Vergeet zeker niet om de snoeigereedschap voor gebruik te steriliseren en te slijpen.

1. Bij een volwassen boom is het belangrijk om nieuwe verticale takken te snoeien. Naar buiten groeiende takken dragen namelijk meer fruit dan takken die omhoog groeien.
2. Hoe oud de boom ook is, probeer hem altijd in de winter te snoeien wanneer hij nog inactief is. Knip alle dode en uitgedroogde takken, dode bladeren en dode vruchten van de boom. Het mag natuurlijk niet vriezen of hard regenen. 
3. Als je nieuwe scheuten ziet groeien onderaan de kersenboom, knip ze dan af. Trek zaailingen ook uit de grond, zodat de wortels van de kersenboom niet hoeven te concurreren met een nieuwe boom.
4. Snoei ieder seizoen alle nieuwe takken die geen onderdeel van de boomkronen zijn, evenals takken die elkaar kruisen. Takken die geen fruit dragen kun je parallel aan de hoofdtak afknippen. Zorg voor voldoende licht en lucht in de boom zodat de boom fruit kan produceren.
5. Kersenbomen zijn vrij gevoelig voor ziekten, en je kunt dus het beste alle afgeknipte takken en bladeren weggooien wanneer je klaar bent met snoeien, vooral als je dode takken verwijderd hebt.
6. Bij een aangetaste of afstervende tak in het voorjaar of zomer voer je een noodonderhoud uit. Je moet de tak wegsnoeien, ook als is het de minst ideale periode om een kersenboom te snoeien (boom kan doodbloeden). Maak je snoeigereedschap wel schoon na het snoeien van een zieke boom en bedek het knipvlak met wondpasta om de tak te beschermen.